Masoesasoep met kool en bloemballetjes

Masoesasoep met kool en bloemballetjes is een oud joods recept.

Ingrediënten Masoesasoep met kool en bloemballetjes
2 kg. masoesa (ongedopt)
250 gr. groene kool
250 gr. soepvlees (kip)
1 kleine ui
1 tomaat
2 takjes soepgroente
1 groene peper.

Voor balletjes:
150 gr. bloem
1 eidooier
5 sneetjes geweekt brood zonder korst
2½ dl melk
nootmuskaat
zwarte peper
zout

Bereiding Masoesasoep met kool en bloemballetjes
Dop de masoesa en kneed telkens met een beetje water. Zeef het zolang totdat 2½ liter masoesawater is verkregen. Laat dit water een flink uur koken. Smoor al het vlees met de gesneden ui, tomaat en takje soepgroente. Trek van het ingekookte masoesawater een vleesbouillon. Laat de hele peper zachtjes meetrekken.
Zeef de bloem en maak een kuiltje in het midden. Doe hierin de eidooier met een beetje melk in. Roer dit door. Voeg al roerende telkens een beetje van de melk erdoor tot een dik glad beslag is verkregen. Maak het geweekte brood fijn en meng dit door het beslag. Het beslag moet makkelijk van de lepel glijden. Als het te dik is, nog wat melk toevoegen. Maak kleine balletjes van het beslag.
Als de bouillon getrokken is, de kool grof snijden en 5 min meekoken. Verwijder de peper uit de soep en laat ze op een laag vuurtje gaar koken. (± 20 min). Af en toe roeren.